Peter Frederiks beschrijft in dit boek de herinneringen aan zijn jeugd in Den Haag. Op de achterflap schrijft hij:
“Drie maanden voor mijn geboorte overleed mijn vader. Ik ben opgevoed door mijn moeder en haar nieuwe echtgenoot, mijn stiefvader. Op de dag van mijn geboorte waren er Duitse soldaten in Den Haag. De Hongerwinter ging niet onopgemerkt voorbij. Bij het schrijven van deze autobiografie over de periode 1940-1960 deed ik een beroep op mijn geheugen. Dat leverde veel op, maar hoe betrouwbaar is die opbrengst? Mag ik afgaan op wat me te binnen schoot? In welke mate kan de lezer vertrouwen op wat hij over mijn geschiedenis te lezen krijgt?”
Een deel van de teksten in dit boek zijn door mij geredigeerd. Ook gaf ik de auteur tekstuele adviezen.
Het boek is te bestellen via de volgende link: Haagse jongen